Spring naar content

Het is niet uit te leggen!

04 december 2018

Alhoewel de titel suggereert dat u mij niet moet bellen met een vraag, is het tegenovergestelde waar. Als u na het lezen van onderstaande meer wil weten, aarzel dan niet contact op te nemen.

Sinds zomer 2015 heeft de Wet Werk en Zekerheid haar intrede gedaan en heeft de werknemer die tegen zijn wil ontslagen wordt recht op de zogenoemde Transitievergoeding die in die wet is vastgelegd. Deze kwam in de plaats van de kantonrechtersformule, die er nog wel eens toe wilde leiden dat dezelfde zaken tot verschillende beoordelingen leidde in de hoogte van een toe te kennen vergoeding.

Met deze vergoeding kan men in de praktijk inmiddels aardig leven. Uit mijn eigen praktijk en die van andere arbeidsrechtjuristen blijkt dat er nu minder geprocedeerd wordt maar er veel meer aan de voorkant met elkaar afgesproken kan worden. Dit betekent een kostenbesparing voor alle partijen.

Maar, zoals het bij alle wetgeving gaat, kende ook deze transitievergoeding in de toepassing een aantal vreemde kenmerken.  Eén van die kenmerken was dat de vergoeding enkel verschuldigd is als de dienstbetrekking beëindigd wordt. Langdurig arbeidsongeschikten – langer dan 2 kalenderjaren – die geen recht meer op loondoorbetaling hebben, werden dan ook niet ontslagen maar als ‘slapend dienstverband’  voortgezet omdat anders een transitievergoeding verschuldigd zou zijn.

Dit lijkt nu opgelost te worden door de werkgever in deze gevallen een verhaalsmogelijkheid te gaan toekennen op UWV als een transitievergoeding wordt betaald.  Ik gun iedereen het allerbeste, maar dit kan niet anders gezien worden als simpelweg een kadootje aan de werknemer. Immers, de transitievergoeding – de term zegt het al – is bedoeld om van werk naar werk te geraken. Deze inspanning heeft de werkgever al op zijn kosten gedurende 24 kalendermaanden ingevuld. De toegift aan werknemer na afloop van deze periode is dan ook niet goed te begrijpen.

 Inmiddels ontvang ik van diverse kanten van oud werknemers die arbeidsongeschikt zijn geraakt en in een WIA situatie verkeren, het verzoek in overleg te treden om deze transitievergoeding alsnog te gaan verstrekken nu werkgever deze toch kan gaan declareren bij UWV.

Op 14 september 2018 heeft de Hoge Raad (zogenoemde Kolom uitspraak) nog maar eens een merkwaardig punt toegevoegd aan deze transitievergoeding. Ook mensen die part time gaan werken zouden over het verloren aantal uren naar rato recht hebben op de transitievergoeding.  Een heel bijzondere uitspraak die haaks staat op de letterlijke wettekst.  Hoe deze uitspraak nu precies gelezen en uitgelegd moet gaan worden is weer voer voor juristen. De wet was bij grote uitzondering toch helder en duidelijk en de Hoge Raad is geen wetgever.

Niet uit te leggen als u het mij nu vraagt.